Vlaams opleidingsverlof: afdwingbare richtlijnen voor uitzendarbeid
Naar aanleiding van misbruiken vastgesteld door de Vlaamse Sociale Inspectie worden enkele bestaande richtlijnen voor de uitzendsector opgenomen in de regelgeving van het Vlaams opleidingsverlof (VOV). Dit om meer rechtszekerheid te bieden en misbruik tegen te gaan.
Bestaande richtlijnen gecodificeerd
Momenteel worden enkele richtlijnen en administratieve verplichtingen van de Vlaamse overheid (Departement WEWIS) rond Vlaams opleidingsverlof verzameld in een raadpleegbaar document “Handleiding met richtlijnen voor werkgevers”.
Om bepaalde richtlijnen afdwingbaar te maken worden, vanaf 1 september 2025, enkele specifieke bepalingen voor de uitzendsector opgenomen in de regelgeving omtrent Vlaams opleidingsverlof.
Lees verder en ontdek wat deze richtlijnen zijn.
De gebruiker moet onder toepassingsgebied VOV ressorteren
Er wordt verduidelijkt dat de gebruiker (dit is de klant van het uitzendbureau bij wie de uitzendkracht gaat werken) moet behoren tot het toepassingsgebied van het Vlaams opleidingsverlof voordat een werknemer, die bij de gebruiker tewerkgesteld is via uitzendarbeid, recht heeft op Vlaams opleidingsverlof.
Dit voorkomt dat werkgevers die niet onder de CAO-wet vallen (voornamelijk overheidsinstellingen) door beroep te doen op uitzendarbeid subsidiëring in het kader van Vlaams opleidingsverlof zouden ontvangen.
Het uitzendbureau moet de ontvangen terugbetaling in het kader van het Vlaams Opleidingsverlof doorstorten aan de gebruiker
In de regelgeving wordt specifiek opgenomen dat de gebruiker de eindbegunstigde is van de VOV-subsidie. Het uitzendbureau factureert immers de uren die de werknemer presteert aan de gebruiker.
Het departement betaalt de VOV-subsidie aan het uitzendbureau, die deze vervolgens volledig moet doorstorten aan de gebruiker.
Het uitzendbureau mag aan de gebruiker een administratieve kost aanrekenen
Het uitzendbureau is de juridische werkgever van de uitzendkracht. In die hoedanigheid is het uitzendbureau dan ook verantwoordelijk voor het indienen van de terugbetalingsaanvraag en de bijbehorende administratie.
Het uitzendbureau mag hiervoor een administratieve kost aanrekenen, maar deze kost mag geen percentage van de subsidie zijn.
Het uitzendbureau en de gebruiker moeten hierover duidelijke afspraken maken in een overeenkomst. Dit mag een bestaande overeenkomst zijn of hiervoor mag een aparte overeenkomst gesloten worden.
Let op: de Vlaamse Sociale Inspectie kan deze overeenkomsten bij controles opvragen.
Onder voorbehoud van publicatie
De teksten zijn principieel goedgekeurd, maar dienen (na een adviesprocedure) nog in het Belgisch Staatsblad te worden gepubliceerd alvorens ze definitief zijn.
Bron:
Dit bericht delen: