Geen loonstijging in 2025-2026: CRB legt loonnorm vast op 0 %
Om de twee jaar brengt de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB) een verslag uit over de beschikbare marge voor de loonkostenontwikkeling (de loonnorm). Volgens de berekeningen van de CRB mogen de loonkosten in 2025 en 2026 niet stijgen, wat resulteert in een loonmarge van 0 %. Maar wat betekent dit concreet?
Startpunt voor de loonvorming 2025-2026
De CRB berekent de beschikbare marge op basis van de verwachte loonkostenontwikkeling in de buurlanden en de automatische loonindexering in België. Daarnaast houdt de CRB rekening met de mogelijke loonkloof tussen België en buurlanden zoals Duitsland, Nederland en Frankrijk.
Het CRB-rapport vormt het startpunt voor de loonvorming in 2025-2026. Met een marge van 0% gaan de sociale partners, verenigd in de Groep van 10, aan de slag om de loonnorm vast te leggen in het tweejaarlijks interprofessioneel akkoord (IPA). Indien er geen akkoord wordt bereikt, zal de regering de loonnorm bepalen.
Wat betekent een loonmarge van 0 %?
Als de loonmarge wordt vastgelegd op 0 %, dan wil dit zeggen dat de lonen in 2025-2026 niet mogen stijgen ten opzichte van 2023-2024.
Baremaverhogingen op basis van anciënniteit, normale bevorderingen of individuele categorieveranderingen waarop de werknemers recht hebben, blijven wel nog mogelijk. Ook voordelen zoals winstpremies en bonusplannen CAO nr. 90 kunnen bovenop de loonnorm toegekend worden.
Bovendien kunnen de lonen nog steeds stijgen in lijn met de inflatie dankzij de automatische indexering, die de koopkracht van werknemers beschermt. De nieuwe federale regering heeft in het regeerakkoord expliciet opgenomen dat het principe van de automatische loonindexering wordt behouden. Met een belangrijke nuance echter: aan de sociale partners wordt immers gevraagd om tegen 31 december 2026 een advies uit te werken over de hervorming van het systeem van de automatische indexering en de Loonnormwet.
Hoe verloopt het nu verder?
De vakbonden hebben al aangegeven dat ze niet akkoord gaan met de door het CRB berekende loonmarge van 0 %. Het is dus afwachten of de sociale partners tot een akkoord zullen komen over de loonnorm. Indien er geen akkoord wordt bereikt, zal de regering de loonnorm vastleggen.
Ter vergelijking, voor de periode 2023 en 2024 bedroeg de marge ook 0 %, maar werd er wel een extraatje voorzien door de regering, namelijk de koopkrachtpremie onder de vorm van consumptiecheques. De kans is klein dat er opnieuw zo’n extraatje zal komen, aangezien het regeerakkoord bepaalt dat afspraken tussen de sociale partners geen extra kosten voor de regering mogen veroorzaken.
De komende maanden zullen cruciaal zijn om te zien of de sociale partners tot een akkoord kunnen komen of dat de regering zal moeten ingrijpen. We houden je verder op de hoogte.
Dit bericht delen: