Eind december voor het eerst overdracht van wettelijke vakantiedagen: wat werkgevers moeten weten
Op het einde van 2024 zal voor het eerst toepassing worden gemaakt van de nieuwe regels over de overdracht van wettelijke vakantiedagen gedurende maximaal 2 jaar. Indien je werknemers hebt die zich op einde van het jaar in de onmogelijkheid bevinden om hun resterend saldo vakantiedagen op te nemen en dit door bepaalde schorsingen van hun arbeidsovereenkomst (zoals ziekte of bevallingsrust), zullen deze vakantiedagen voortaan worden overgedragen gedurende een periode van 24 maanden.
Hieronder lijsten we op wat je hierover als werkgever moet weten.
Onmogelijk om alle vakantiedagen op te nemen wegens bepaalde schorsingen
Algemeen principe: overdracht wettelijke vakantiedagen is verboden
De wettelijke vakantiedagen moeten worden toegekend vóór 31 december van het vakantiejaar. Het is in beginsel verboden om de vakantiedagen die niet werden opgenomen in het vakantiejaar over te dragen naar het volgende jaar. Werkgevers riskeren sancties als zij de wettelijke vakantie niet of niet tijdig zouden toekennen.
Uitzondering: onmogelijkheid wegens bepaalde schorsingen
Om tegemoet te komen aan Europese rechtspraak en wetgeving, gelden er sinds begin dit jaar nieuwe regels over het uitstellen en eventueel overdragen van vakantiedagen in bepaalde situaties. Het recht op jaarlijkse vakantie moet een werknemer immers in staat stellen om uit te rusten en om over een periode van ontspanning en vrije tijd te beschikken.
Overdracht van wettelijke vakantiedagen naar de volgende 2 kalenderjaren kan indien de werknemer zich op het einde van het vakantiejaar in de onmogelijkheid bevindt om zijn vakantie op te nemen, wegens één of meerdere schorsingen van de arbeidsovereenkomst.
De situaties die overdracht van wettelijke vakantiedagen na 31 december van het vakantiejaar mogelijk maken zijn meer bepaald:
- arbeidsongeval of beroepsziekte;
- ongeval of ziekte van gemeen recht;
- moederschapsrust;
- omgezette moederschapsrust (voor de vader of meemoeder);
- profylactisch verlof (stopzetting van de arbeid ingevolge een profylactische maatregel wanneer de werknemer in contact is gekomen met iemand die aangetast is door een besmettelijke ziekte);
- geboorteverlof;
- adoptieverlof;
- pleegzorgverlof;
- pleegouderverlof.
Voorbeeld: Een werknemer wordt op 10 oktober 2024 arbeidsongeschikt en is hierdoor gedurende 4 maanden afwezig. Op 10 oktober had hij nog recht op 5 vakantiedagen die hij dus onmogelijk kan opnemen vóór 31 december 2024. Deze 5 dagen zullen op 31 december 2024 worden overgedragen gedurende 24 maanden en kunnen dus door deze werknemer worden opgenomen in de periode van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2026.
Let wel, het begrip “in de onmogelijkheid verkeren” is niet steeds eenvoudig te beoordelen, vb. wat bij een werkhervatting van een werknemer in de maand december na een lange periode van arbeidsongeschiktheid. Het ziet er voorlopig naar uit dat dit begrip strikt moet geïnterpreteerd worden. Alle vakantiedagen die jouw werknemer nog kan opnemen, moet hij in principe ook nog opnemen.
De 'oude' regeling waarbij voor een bediende vakantiedagen moesten worden uitbetaald op het einde van het jaar indien het voor hem onmogelijk was deze op te nemen bestaat nog steeds, maar kan voortaan nog slechts worden gebruikt in uitzonderlijke (overmachts-)situaties die hierboven niet werden opgesomd (vb. volledige werkverwijdering als maatregel van moederschapsbescherming die voortduurt tot het einde van het jaar).
Tijdstip van beoordeling
De onmogelijkheid om de wettelijke vakantiedagen te kunnen opnemen (wegens één of meerdere schorsingen hierboven opgesomd) moet worden geëvalueerd op het einde van het vakantiejaar.
Opgelet: Het is niet omdat een werknemer in de loop van het jaar ziek werd tijdens zijn geplande (zomer)vakantie, dat hij op het einde van het jaar automatisch vakantiedagen zal kunnen overdragen!
Vakantiedagen die niet konden worden opgenomen tijdens een geplande vakantieperiode wegens bepaalde gebeurtenissen tijdens deze vakantieperiode, moeten immers terug ingepland en opgenomen worden vóór het einde van het jaar, dus ten laatste op 31 december.
Voorbeeld: Een werknemer had 3 weken jaarlijkse vakantie gepland van 8 juli tot en met 26 juli 2024.
Hij werd evenwel ziek van maandag 15 juli tot en met vrijdag 19 juli en staafde dit met een medisch attest. Deze dagen werden omgezet in dagen arbeidsongeschiktheid (met in principe recht op gewaarborgd loon).
De werknemer kan de 5 niet-opgenomen vakantiedagen later in het jaar terug inplannen en opnemen, en dit uiterlijk op 31 december 2024!
Modaliteiten van de overdracht
Twee principes zijn essentieel bij deze overdracht:
- Het loon voor de overgedragen vakantiedagen wordt voorafgaandelijk betaald in het vakantiejaar waarin de vakantie niet werd opgenomen. Wanneer de werknemer de overgedragen vakantiedagen opneemt tijdens de periode van 24 maanden, zijn deze onbetaald.
- De overgedragen vakantiedagen kunnen worden opgenomen bij de werkgever bij wie de vakantiedagen werden overgedragen, maar ook bij een eventuele volgende werkgever tijdens de periode van overdracht (24 maanden na 31 december van het vakantiejaar).
Bedienden
Voor bedienden betaal je als werkgever het enkel vakantiegeld voor de overgedragen vakantiedagen (ten laatste) op 31 december van vakantiejaar (+ mocht dit nog niet gebeurd zijn, het dubbel vakantiegeld).
De overgedragen vakantiedagen worden bij uitdiensttreding vermeld op het vakantieattest indien de bediende uit dienst gaat binnen de periode van overdracht (24 maanden).
Arbeiders
Voor arbeiders werd het loon voor alle vakantiedagen van het vakantiejaar, dus met inbegrip van de eventuele op het einde van het jaar over te dragen vakantiedagen, reeds betaald door het vakantiefonds/RJV met de vakantiecheque (normaal tussen 2 mei en 30 juni van het vakantiejaar). Ook een arbeider kan dit (onbetaald) opnemen bij zijn nieuwe werkgever indien hij in de periode van overdracht van werk verandert.
Hoe dit dan in de praktijk moet verlopen, is momenteel echter nog niet duidelijk. De RJV is dit momenteel nog aan het bekijken. Het ziet er voorlopig niet naar uit dat de RJV al in het jaar 2025 het aantal overgedragen vakantiedagen op de vakantiecheque of op de vakantierekening (‘vakantieattest’ voor arbeiders) zal vermelden.
Bronnen:
- Koninklijk besluit van 8 februari 2023 tot wijziging van de artikelen 3, 35, 46, 60, 64, 66 en 68 en tot invoeging van een artikel 67bis in het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot vaststelling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers, BS 16 maart 2023;
- Wet van 14 april 2024 houdende diverse dringende bepalingen inzake de uitkerings- en moederschapsverzekering, BS 19 april 2024.
Dit bericht delen: